Ga direct naar de inhoud.

In gesprek met Jos Cools

Afgelopen winter noemde ik Willy Daniels de beste van gans Belgie op de kleine fond. Niemand had commentaar. En dat zal er nu, na wat de man uit Kessel met zijn mini kolonie dit jaar presteerde, al helemaal niet meer komen. Niet zo ver van hem vandaan woont nog zo’n superman, maar nu op de snelheid. Wat beide mannen gemeen hebben is dat ze met een miniem aantal vliegers voor niemand schrik hoeven hebben.

Die andere superman is Jos Cools. Een vitesser dus maar al even ongenaakbaar als Kesselse Willy. Zo’n straffe uitspraak als over Daniels durf ik over hem niet doen omdat men op vitesse, anders dan op de (kleine) fond, veroordeeld is te spelen tegen liefhebbers uit eigen regio. Mogelijk zijn er betere dan Jos Cools, alleen ik ken ze niet.      

ONNAVOLGBAAR

Was Jos uit Grobbendonk verleden jaar nog NATIONAAL kampioen vitesse jongen, de prestaties die hij dit jaar uit de mouw tovert zijn al even adembenemend.

Hij begon het seizoen op 27 maart. Zijn halve bestand (4 duiven) had hij ingezet en die wonnen 8, 10, 12 en 18 tegen 293 duiven van Quievrain. Dus alles ruimschoots per tiental. De dag voordat ik bij hem op bezoek was (24 juli) had hij 2 duiven ingezet op Noyon. Die wonnen 2 en 9 tegen 262 duiven.

Tussenin zette hij met name nog volgende knalprestaties neer:

-Noyon 506 duiven: 1 en 42 met 2 duiven mee.

-Noyon 1.224 duiven: 5 en 20 met 2 duiven mee.

-Noyon 575 duiven: 11 en 44 met 2 duiven mee.

-Quievrain 373 duiven: 4, 5 en 25 met drie duiven mee.

-Noyon 368 duiven: 1 met een duif mee (!).

-Quievrain 245 duiven: 1 en 4 met 2 duiven mee.

-Noyon 518 duiven: 2 en 29 met 2 duiven mee.

-Quievrain 213 duiven: 11 en 13 met 2 duiven mee.

Dat maakt dus dit jaar alleen 10 vluchten waarop al zijn ingezette duiven prijs wonnen. Wat zeg ik? Die wonnen allemaal per tiental. En dan te weten dat het seizoen nog enkele maanden duurt. Nogmaals, kent U ze? Mannen die op 10 vluchten al hun ingezette duiven per tiental pakken? Ik niet.

 

 STERVLIEGERS

Uiteraard bevat zo’n kolonie, hoe klein ook, stervliegers van de bovenste plank. We pikken er drie uit.

-15-6208006 ‘Speedy., 4e Nationale Asduif 2015 jongen snelheid

1.962 duiven – 1e

1.951 duiven – 4e

1.450 duiven – 4e

2.369 duiven – 6e

1.759 duiven – 7e

2.637 duiven – 21e. Let op, deze prijs is nog 1 op 100.

 -14-6090932 “Cher Ami”. 14e Nationale Asduif jongen snelheid.  

Alleen in 2014:

1.599 duiven – 2e

2.695 duiven – 9e.

992 duiven – 16e

4.044 duiven – 19e.

3.054 duiven – 27e

2.384 duiven – 30e.

Dit jaar presteerde deze 932 (tot nu toe!) als volgt:

834 duiven – 1e

506 duiven – 1e

373 duiven – 4e

1.472 duiven – 9e

813 duiven – 10e.

 -En wat te denken van zijn 13-6138827 ‘Super Lady’. Die werd met onderstaande prestaties 6e Nationale Asduif jaarse in 2014.

355 duiven – 3e

912 duiven – 3e

388 duiven - 5e

1.540 duiven – 4e

573 duiven – 6e

1.484 duiven – 8e.

1.975 duiven – 21e

Hoog tijd voor een nadere kennismaking met Jos. Er zijn er die heel wat minder presteren maar het etiket vedette opgespeld kregen.

ALGEMEEN

Jos, jij valt vooral op dat je zo enorm speelt met weinig duiven. Hoe groot is je bestand?

Ik heb 9 oude vliegers, een tiental kweekkoppels, ongeveer 35 jongen en enkele voedsterkoppels.

De laatste jaren val je pas echt op. Hoe speelde je vroeger?

Ik heb heel mijn leven aan sport gedaan. Eerst wielrennen en voetballen tot een mens een leeftijd bereikt dat hij een stap terug moet doen. Aldus ben ik in 1993 met duiven begonnen. Vanaf de start ging het prima maar rond de eeuwwisseling ging het pas echt goed. In 2007 werd ik provinciaal kampioen, toen volgden enkele mindere jaren en de laatste jaren is het weer bingo.

Met wat voor duiven ben je begonnen?

Ik ben gestart met een koppel duiven van schoonvader. Die had nog soort van Keirsmakers uit Nijlen, de vader van Jef en Louis. En ik had meteen goede. Kort nadien kwamen er duiven van Danny Adriaensen Grobbendonk, en ook daar lukte ik enorm mee.

 Meer recentelijk nog iets goeds ingebracht?

Gekocht heb ik eigenlijk nooit. Wel veel geruild en aan samenkweek gedaan. Allemaal met streekgenoten. Rond 2000 haalde ik enorm goede bij Ludo de Weerd uit Viersel en ook duiven van Charles Cortout Grobbendonk waren een aanwinst. Nadien heb ik met succes geruild met D v d Bulck, een kameraad, en ook kwamen er goede van Danny van Dijck en Staf Boeckmans. Die mannen hebben allemaal steengoede duiven en zijn tevens vrienden. Heeft een van ons een speciaal koppel dan wordt al gauw aan ruilen of samenkweek gedacht.

 Waarvan stammen de beste van nu?

Die komen uit een duif van Boeckmans, nog een halve v d Bulck en… hoe kon ik dat vergeten, op het vlieghok zitten drie broers, alle drie goede, uit een doffer van Miel v d Branden en Rik Hermans. Die is van 2010 en eigenlijk de laatste echt goede aanwinst.

HET SPEL

Wordt veel werk gemaakt van opleren?

De oude worden amper opgeleerd. Soms maar een keer. Van de eerste ronde jongen maak ik meer werk. Ben daar heel voorzichtig mee en begin die te lappen van 2 kilometer. Met de tweede ronde ben ik dan weer slordig. Die worden soms ineens gelapt van 20 kilometer.

Hoe speel je je oude?

Gewoon klassiek weduwschap.

Met een zeer beperkt aantal duiven, nietwaar?

Ik doe het elk jaar dus met 9 weduwnaars. Daarmee speel ik Quievrain oude, Quievrain jaarlingen, Noyon oude en Noyon jaarlingen.

Daar kan niet veel rommel tussen zitten? Ben eigenlijk wel nieuwsgierig wat de slechtste van die negen presteerden.  

Wat heet ‘rommel’. Twee moeten er alvast zeker uit. De ene van die twee slechtste won 11 prijzen op 15 malen zetten, de andere 11 prijzen op 16 maal zetten. Met die aantallen prijzen valt te leven, maar ze wonnen veel te weinig per tiental.

 Is 9 weduwnaars hier de norm?

Inderdaad. Daarvan moeten er elk jaar 5 plaats maken voor jaarlingen die ik inpas. Hoe goed het jaar ook was, vijf moeten er uit. Die gaan of naar het kweekhok, of ze kunnen vertrekken.     

 Wordt er getoond?

Altijd

Nooit ‘totaal weduwschap’ geprobeerd?

Een jaar, maar dat werd geen succes. De duivinnen presteerden naar behoren maar de doffers kwamen nooit echt uit de verf. Die vlogen niet op de vluchten en niet aan huis. Mogelijk omdat ze wisten dat naast hun hok de duivinnen huisden.

Verlies je ook veel jongen?

Ongeveer een derde. Vroeger was dat inderdaad veel, maar nu zo’n beetje de norm zeker?  

MEDISCH EN VOEREN

Speel je medisch kort op de bal?

Dierenarts Marien kijkt de duiven soms na. Die worden bijna steeds gezond bevonden en gezonde duiven ga je toch geen medicijnen geven zeker?

Behalve tegen geel natuurlijk?

Je gelooft het niet, maar daar zijn de vliegers ook niet tegen gekuurd. En tegen de koppen al evenmin.

Voert een vitesser als jij anders?

Ze krijgen genoeg maar wel een erg ‘lichte’ mengeling. Rui plus dieet met ook gerst. Ik ben van mening dat velen te zwaar voeren. Dit ‘lichte’ voer geef ik aan zowel oude als jongen.

Hoe voer je de dag voor inmanden?

De jongen worden alleen ’s morgens gevoerd. De oude ook nog een keer in de namiddag. Ik meet het zo af dat er altijd iets blijft liggen.

Wat voor bijproducten geef je?

Ik heb ergens nog biergist staan maar het komt er gewoon niet van dat te geven. Verder eigenlijk helemaal niets behalve Aloe Vera. Ik heb dat van plaatsgenoot Paul Mommaerts, ook een duivenliefhebber en ik geloof daar heilig in. Ook Dirk v d Bulck en Stefaan Lambrechts geven dat en dat zijn toch niet de eerste de beste. Natuurlijk maakte dat me geen kampioen van Belgie, maar het komt de gezondheid absoluut te goede.

HOKKEN

Ik was nog nooit bij Jos geweest en wat daar meteen opvalt zijn de enorme lindebomen die bijna tegen de hokken staan. Nog nooit zulke kanjers gezien. Duivenhokken zouden toch niet zo dicht tegen geboomte mogen staan vanwege te vochtig?

Jos: ‘Ik heb dat al vaak moeten horen. Toen ik duiven ging houden en die hokken hier neerzette kreeg ik talloze malen te horen dat ik prijs winnen wel kon vergeten. Later kwam een van die mannen die aanvankelijk zo sceptisch was een tak halen om op de eigen hokken te leggen. Nu meende hij dat ik zo goed speelde vanwege die lindebomen.

Hoe zien de hokken er uit?

Heel gewone hokken van dertien in een dozijn. Ze staan gericht op het oosten zodat ze van de vlucht achter de hokken vandaan komen en niet anders kunnen dan een ronde maken. Met oude is dat niet zo’n probleem. De ronde die zij maken is kort, krachtig en klein. Jongen verliezen meer tijd, ook door die hoge bomen. Daarom dat ik liever Noyon speel dan Quievrain. Van Noyon is tien seconden tijdverlies minder fataal.

Wordt intensief gekuist?

Dagelijks. De hokken zijn vrij ondiep en ervoor is een soort erker, zoals Daniels die heeft. Boven is amper verluchting en vanwege de ligging op het oosten zijn de hokken aangenaam warm.

COOLS ALLERLEI.

Van wie heb je de stiel geleerd?

Succesvol met duiven spelen moet je jezelf aanleren. Kwestie van gevoel.

Worden de beste jongen ook de beste oude?

Door de band wel. Jongen die niet presteren houd ik trouwens niet door, dan mogen ze nog uit mijn beste komen.

Waarom speel je geen HaFo?

Ooit heb ik dat gedaan en dat ging vrij goed. Misschien zou ik het nog doen als hier in Grobbendonk een inmandlokaal was. Weet je, ik ben ook nog voorzitter, heb veel werk in de maatschappij en ook nog eens HaFo spelen zou allemaal te veel worden.

Kan een goede vitesseduif HaFo aan?

Een echt goede kan je probleemloos 400 kilometer spelen. Dat mijn duiven dat kunnen weet Danny van Dijck. (Die overigens een voortreffelijk seizoen kent. AS).

Wat vind je van massa inkorvers?

Voor mij geen probleem maar ikzelf zou met die mannen niet willen ruilen. Moet er niet aan denken zo veel duiven te spelen.

Gaan de duiven in de winter los?

Zeker. De roofvogel peuzelt er elke winter op maar dat neem ik op de koop toe.

Lees je veel?

Vroeger las ik alles wat ik over duiven kon lezen, maar dat is fel verminderd,

Wie zou jou blij kunnen maken met een koppel jongen?

De regionale vrienden die tevens mijn grootste concurrenten zijn.

TOT DAAR

Tot daar Jos Cools. Mensen als hij en Daniels met hun geringe aantallen duiven zijn een sieraad voor de sport. Op internet kom je hun namen amper tegen, maar wat zijn die mannen toch oneindig veel beter dan sommigen met wereldnaam. Artiesten zijn het. Ze hebben geen 100 of 50 vliegers nodig om uit te blinken. Niet eens 10. Ze hebben geen ras, geen website, geen foto’s van duiven, geen kleurrijke stamkaarten, maar… speel er maar eens tegen zou Cel Wouters zeggen.