Ga direct naar de inhoud.

Polen (01-11-24)

Polen

Als ik dit schrijf is het ‘the day after’.
Maandag 22 juli, de dag na de ‘ramp’ uit Niergnies voor de liefhebbers uit het  Nederlandse Noord Brabant. Voor het jonge duivenspel van start moest gaan was het voor velen al gedaan. Zo vreesde men aanvankelijk toch.
Maar, zoals zo vaak, bleek uiteindelijk de schade beperkt.
Ik schreef eerder over de talrijke Poolse lossingen in vooral Nederland. Hun duiven gaan er bijna altijd uit, weer of geen weer, en dat ’s morgens al heel vroeg. Vaak voor 6 uur. Soms moeten duiven uit de manden worden gejaagd omdat het nog te donker is. Dat Poolse duiven al (uren) op weg naar huis zijn als nog niet een Nederlandse of Belgische duif is gelost is eerder regel dan uitzondering. Met vele anderen dacht ik ook vaak ‘dit kan toch niet goed aflopen?’

DUIVENLANDEN
Nu werken in mijn omgeving erg veel Polen en ook Roemenen. En laat nu Polen en Roemenie nu net de landen zijn waar duivensport (nog) redelijk populair is. Dus informeer ik na zo’n (in onze ogen) onverantwoorde Poolse lossing soms hoe de vlucht verliep. Bijna steeds krijg je dan tot je verbazing te horen: ‘Prima hoor.’
Met name Andre v d Wiel en Adri de Dooy waren die ‘risico volle’ lossingen ook op gevallen. Van Adri kreeg ik onderstaande afbeelding. Door de kromming van de aarde is het in West Frankrijk op dat moment nog aarts donker, meer naar het oosten is volop zon.  
‘De duiven zijn zo geconditioneerd dat ze meteen na lossing oostwaarts vliegen, het licht tegemoet’. Verklaart dat het meestal vlotte verloop?

BEGRIJPELIJK
Na de lossing dus alles richting opkomende zon. Het doet denken aan de 90-er jaren. Ik ben geen fondspeler, heb er ook weinig interesse in, maar ooit was dat anders. Dat was in de tijd dat er (in Nederland) maar een paar (grote) fondvluchten waren; Sint Vincent, Dax, Bergerac en voor de happy few als toegift Pau en Barcelona internationaal.
Het hele land, fondspeler of niet, was in de ban van die vluchten. 
De namen van de winnaars sloeg je op in je geheugen en bleven daar nog jaren hangen. Wie die vluchten ook op de voet volgden waren de Japanners. Want destijds waren zij het die hier dure duiven kochten. Vooral fondduiven. Over Chinezen hoorde je destijds alleen de onlangs overleden Jef Descheemaecker.
Kweekstation Natural stuurde toen duizenden duiven naar China a raison van 500 Belgische francs per duif. Ruim 12 euro.
‘China is de toekomst, komt er straks dubbel en dik uit’ zei Jef dan. Hij had een vooruitziende blik.

CONTROLE
De vrachtkosten naar China waren 30 gulden per duif, dus ongeveer even veel als  ze kostten.
‘Ongeveer’ want de eerste jaren dat ‘we’ onze duiven naar ginds verstuurden was er totaal geen controle. De vracht werd berekend per mand van twaalf.
Een mand van twaalf aan 30 gulden per duif werd dus 360 gulden. Maar zuinig als sommige (waaronder ik) waren stopten we gerust 13 of 14 duiven in een mand. Was ook 360 euro en weer iets verdiend.
Er was er zelfs een die ongeringde duiven verstuurde.
Foefelen met Chinezen doe je vandaag de dag beter niet. Alvorens dan later zelf  een trip naar China te maken neem je best innig afscheid van je geliefden. Dat kan immers  een enkele en langdurige reis zijn. Maar ik dwaal af.

MINDER INTERESSE   
Begon het met twee of drie, geleidelijk kwamen er meer en nog meer fondvluchten. Tot de namen van de winnaars bijna meteen weer vergeten werden. Dat is normaal.   
Een ‘te veel’ van iets vermindert altijd de belangstelling leerden we vroeger al in het boekje ‘de rijping van het verlangen’ van dr. Terruwe.
- Zou je die dwaze Oranje meute in Duitsland ook zien als er elk jaar een EK was? Niet geloven.
- Waarom zijn bepaalde postzegels of munten peperduur?
Omdat er zo weinig zijn.
- Waarom wordt zo veel betaald voor een winnaar van Bourges,  Barcelona of andere vluchten? Omdat er maar een winnaar is. Er wordt zo veel voor superduiven betaald omdat er zo weinig superduiven zijn.

DAAROM 
Daarom onbegrijpelijk dat men zowel in Nederland als Belgie maar door blijft gaan met organiseren van te veel fond- en ook andere vluchten.  In het weekend van 20 juni hadden de Nederlanders drie grote fondvluchten.  Wat een verspilling van tijd, energie en geld. n
Zo’n ‘over kill’ getuigt wat mij betreft van een domheid en naïviteit die bijna vertederend is. 
Het aantal liefhebbers kelderde dramatisch, het aantal (fond)vluchten vermeerderde. Is toch niet te rijmen? Drie losplaatsen in Zuid Frankrijk die redelijk kort bij elkaar liggen met halfvolle duivenwagens haalt niet eens het niveau van de belachelijkheid. Voor Belgen kan ik het nog een beetje begrijpen. Daar kunnen inrichters de zakken vullen.

OMGEKEERD
Toen ik fond dus nog op de voet volgde meenden we ook dat de zon als een soort richtingwijzer fungeerde. Zoals bij de Poolse duiven.
De westkant, de liefhebbers aan zee dus, waren bevoordeeld zo was de algemene opinie. Daar kon je makkelijker winnen en vroege prijzen spelen omdat duiven geneigd zijn naar het licht te vliegen. En aan zee, daar waar de zon ondergaat, is het  ’s avonds duidelijk (langer) lichter. Vandaar kon je als liefhebber van grote fond beter aan de westkant wonen. Althans, zo meenden velen.
Of was dat weer eens zoeken om eigen falen te verklaren?
Zo was er een tijd dat de regio Steenbergen dominant was op de fond. In Limburg werd gemopperd. Later dan weer waren de Limburgers vaak baas op de fond. ‘Later’  was nadat ze ‘Steenbergs fondsoort’ hadden ingevoerd.

VERLIEZEN  
Over Polen nog dit. Daar verliest men ook jongen, vooral jongen uit Belgische of Nederlandse duiven die men hier kocht.
En dat gaat nog erger worden, wist een Poolse ex-leraar. Toen ik hem niet begrijpend aankeek zei hij: ‘Omdat jullie veel te flauw zijn met lossen’.
Of is het ‘te flauw geworden’.