Ga direct naar de inhoud.

Relativeren (13 dec)

Bizar hoeveel geld, oosterlingen vooral, over hebben voor piepers die alles nog te bewijzen hebben. Dat zag je met name weer in Asten (Golden Ten). Toen Nederlanders en Belgen stopten met bieden, namen de Chinezen over. ‘We zaten er bij voor Jan l*l’ zei een van de aanwezigen.

Geven wij geen 10.000 tot 40.000 euro voor een jonge duif alleen vanwege de pedigree omdat we slimmer zijn. Of minder naïef? Die vraag kan je met ‘ja’ beantwoorden. Want een duif mag nog zulke formidabele ouders hebben, de kans dat die even goed wordt als de vader of moeder is te verwaarlozen. Ofwel: Ook veel superduiven geven rommel. En niemand die dat beter weet dan de eigenaars zelf.

 OLIEMAN
Een van de beste duiven ooit was de Olieman van Jos van de Veken uit Retie. Jos was een halve eeuw geleden een groot kampioen en is dat nog. Maar betere als de ‘Olieman’ heeft hij nooit gehad. Ik kreeg er destijds, dus heel lang geleden, een jong van, maar kon er niets goeds uit kweken. Misschien te vroeg verwijderd? Volgens Jos niet. ‘Een superkweker is de Olieman niet’, aldus Jos destijds. Wel dient vermeld dat hij er niet zo heel veel jongen van kweekte omdat hij veel eieren kapot zat. (Ja, wat betreft superduiven heb ik een goed geheugen, Jos).

 KAASBOER
Een iconische duif in deze eeuw was ‘de Kaasboer’ van Gaston v d Wouwer. In China, en niet alleen daar, presteren de nazaten enorm. Niet verwonderlijk dat Chinezen verzot zijn op zijn nazaten.

Zelf kocht ik in 2008 bij Gaston wat kleinkinderen ‘Kaasboer’. Ze kostten me niet meer dan 125 € stuk en met een er van, de ‘08-037’, ben ik redelijk geslaagd. Ik kocht ook een zoon uit de Kaasboer zelf. Die kostte het tienvoudige. Ik heb er twee jaar van gekweekt, toen verwijderd. Gaston schrok er evenmin van als destijds Jos v d Veken. Gaston: ‘Je hebt gewoon pech gehad. Op tien jongen geeft hij zes goede. Die van jou was helaas een van de vier andere.’ Overigens is ook mogelijk dat ik er de verkeerde duivinnen tegen zette of er weer te weinig geduld mee had.  

    ERIC LIMBOURG
Ik draai al redelijk lang mee en heb al heel wat supers in handen gehad. Wat daarbij opviel?

 Echt goede op HaFo en kleine fond zijn veelal perfect gebouwde duiven. Bij kweekduiven echter zie je er soms waarvan je denkt ’hoe is het mogelijk’.

 W de Br en ik kregen zo’n fenomenale kweekduivin in handen bij Eric Limbourg. Even dachten we dat hij ons wilde foppen. Was dàt een goede? ‘De beste van mijn hok’, glimlachte Eric. We snapten er niets meer van. Mijn 230 kweekte ook formidabel. Henk Simonsz heeft in dit blad nog een serie artikelen gewijd aan diens nazaten en van diens broer en zus de 144 en 145. Van die soort haalde Jespers v d Wegen hier wat eieren. Twee jaar later vlogen Johnny en zijn partner de Nationals voor jongen op een hoopje. Bijna niemand heeft ooit die 230 in handen gehad. Ik durfde die niet te laten zien uit schaamte. Te klein, de weinig rug, geen uitstraling.

 PAULIEN
Die 230 was ook een matig vlieger, Paulien van Derwa vloog wel super. En wat een ongelooflijk mooie duif was me dat. Albert over zijn Paulien: ‘Die geeft elk jaar wel een goede.’ Geen gezwets van ‘niets dan goud’, maar heel nuchter: ‘Elk jaar wel een goede.’ Overigens mogen we haar ook niet te kort doen. Een van de beste duiven die er deze eeuw in Nederland vloog is de ‘Geeloger’ van Koen Minderhoud. En die kweekte nog eens ook. Het is een kleinzoon van Paulien.

 EN VITESSE DUIVEN?
Super duiven op vitesse zijn vaak minder mooi. Bij hen zit het in het kopje. Ook bij overnachtduiven zoals destijds bij Gebr van Zelderen en ook Nico Volkens dacht je soms ‘hoe bestaat het dat die kleine duifjes van 1.000 km en verder bij zwaar weer zo presteren.’ Zelfs internationaal. Hoe zwaarder hoe meer die in hun element waren. Goede vitesse duiven die ook nog eens mooi zijn bestaan wel. De Nationale Asduif vitesse van Staf Boeckmans die nu bij Dirk van Dijck zit is met name zo’n duif. Al even adembenemend mooi als Paulien. Als je zulke duiven in handen krijgt heb je de neiging de helft van je eigen duiven te ruimen.

 FIENEKE VERVOORT
‘Fieneke’ van Flor Vervoort, overigens een nakomeling van eerder genoemde Olieman, was nog zo’n duif voor de geschiedenisboeken. Hoe die kweekte weten mensen best die Fieneke en Flor van nabij gekend hebben. Ik weet nog hoe opgelucht JH was toen hij de duiven van Vervoort verkocht en na lang zoeken eindelijk toch goede nazaten vond. Een ervan zit nu trouwens op het hok van zoon Rik. En wat voor een!

 RUDY
Neem ook de veel besproken ‘Rudy’ van GvdA, een goede, laat daar geen twijfel over bestaan. inderen Rudy werden erg prijzig maar dan nog hebben die de kopers geen windeieren gelegd. Omdat het zulke goede waren? Hmm. Sommige ja. GvdA gebruikte de Rudy als ‘stier’ en er werden jaarlijks vele tientallen jongen van verkocht. Meerdere liefhebbers kochten er meerdere kinderen van. Maar rolden die enkele jaren nadien de concoursen op met nazaten Rudy? Niet echt en dat is eufemistisch uit gedrukt. Toch zullen weinigen spijt gehad hebben van hun dure aankoop. Ze konden zo’n kind ‘Rudy’ soms voor het dubbele kwijt. Of meer. Zoals mijn ‘zoon Kaasboer’. Tegen de man die hem wilde kopen zei ik dat die niet goed kweekte, maar dat interesseerde hem niet. Als er maar een stamkaart van Gaston bij was. Hij betaalde het dubbele van wat ik betaald had. En nadien hoorde ik dat hij hem weer voor het dubbele had verkocht en daar nadien spijt van had. De kinderen Kaasboer en Rudy zouden een grote commerciële waarde krijgen. Goed of waardeloos was niet relevant.

ONNOZEL
Dus zijn het allemaal onnozelaars die 10.000 euro, 20.000 euro of zelfs meer geven voor duiven met alleen een pedigree als referentie? Zijn die bedragen van de zotte? Hmm. Niet te snel (ver)oordelen. Want hoe onnozel zijn dan mensen die fortuinen over hebben voor een onnozele postzegel of munt? Misschien zijn kopers van die peperdure duiven wel goede zakenlui.

Trouwens, van een dierenarts/duivenkampioen hoorde ik eens over een doffer die prima gevlogen had maar vijf jaar alleen maar rommel gaf. Hij vond het zonde hem te ruimen en toen… op zijn oude dag kwam er de ene goede na de andere uit.    

 DE MORAAL
Dat jongen uit supers niet allemaal goede zijn weten de kwekers en ook de kopers. Dus lijkt daarvoor fortuinen betalen op gokken. En laat Chinezen nu net niets liever doen dan dat. Wat mij betreft, laat ze maar peperdure duiven kopen. Daar wordt niemand slechter van. En dat grote geld maakt de sport heus niet kapot zoals soms wordt beweerd. Dat hoop ik met dit artikel te hebben aangetoond.