Ga direct naar de inhoud.

Het mysterie

Veel is al gezegd en geschreven over de massale verliezen van jonge duiven de laatste jaren.

Mensen snappen het niet.

Heel vroeger hadden de meeste geen auto om de duiven op te leren, dat gebeurde enkele keren met de fiets en dan konden ze de grote korf in.

En verliezen kende men niet.

Anders dan vroeger beschikken we nu over middelen om duiven gezond te houden of maken, hebben we betere informatie over het weer, betere hokken, maar desalniettemin.

Als je vroeger ongeveer 20 jongen wilde bestelde je ongeveer 20 ringen, deed je ongeveer 20 jongen een ring om en' kon je ongeveer 20 jongen spelen.

Wat zijn de tijden veranderd.

Nu zijn voor het echte spel bij velen de hokken al half leeg.

In Nederland durven sommigen hun jongen in juni en juli al niet meer spelen, men wacht tot de nazomer want dan gaan die merkwaardig genoeg niet meer verloren.

 

RARE DINGEN

En je maakt de zotste dingen mee.

Zo gebeurde het me dit jaar 2 keer dat ik ongeveer 35 jongen een 10 tal kilometer van huis loste en, je gelooft het niet, die kwamen alle 35 een voor een aan.

Wat bezielt die duiven om uit elkaar te gaan vraagt een mens zich af.

Anderen verliezen jongen van het dak die ze al tot 100 kilometer wegbrachten en weer anderen overkomt het dat wanneer ze hun jongen aan huis los laten er dezelfde dag een pak verloren gaan.

Duiven die er uren over doen thuis te raken van een lapvluchtje van amper tien kilometer wordt al bijna normaal.

Onbegrijpelijk.  

 

VERKLARING?

Geen klasse of gezondheid zou je in eerste instantie denken maar dat is een misvatting.

Er zijn te veel voorbeelden van superduiven die als jong ergens binnenliepen.

En ook van jongen die verloren gingen, niet werden opgehaald, en zich op het hok waar ze binnen liepen ontpopten als klasbakken.

Groen uitgeslagen bestuurders in Nederland meenden 'het' te weten; de grotere afstanden!

En prompt verbood men vluchten verder dan 450 kilometer.

Wat een sukkels.

Jongen gaan in het voorjaar van KORTE afstand verloren, niet meer als het verder wordt en ze meer ervaring hebben.

De voorzitter van Oost Vlaanderen is nog zo'n stakkerd.

'De schuldigen zijn Hollandse wildlossers die daar bijna dagelijks duizenden duiven lossen' kakelde die.

Hij was machteloos want 'nen Hollander blijft nen Hollander', dus Brussel maar ingeschakeld.

En maandenlang stond een oproep op teletekst om wildlossers te melden, nummerplaat te noteren enzovoorts.

Maar nergens geen wildlosser te bekennen zoals ik voorspelde.

OOK NIET

'Kruislossingen' beweren sommige Nederlanders.

Wat mij betreft ook flauwe kul.

Diverse malen maakte ik het mee dat net toen de jongen 'aan het vallen waren' massa's duiven overkwamen die dicht bij huis gelost waren.

Vervelend, dat kostte prijzen, veel duiven vlogen mee over, maar' kwamen terug.

Sommigen Belgen dan weer wijzen op verduisteren.

Ook snel vergeten.

Ik en met mij vele Nederlanders verduisterden begin 80-jaren al.

Verliezen kenden we niet.

Trouwens, mensen die niet verduisteren verliezen evengoed jongen.

Zonne-uitbarstingen meende Wiebren en kwam met statistieken.

'Maar zijn die niet van alle tijden? vroeg ik.

En Wiebren gaf zich over.

Hij wist het ook niet meer.

 

ZELF

Ooit dacht ik aan het vervoer omdat het eind vorige eeuw steeds dezelfde provincies waren waar men de eerste vluchten massale verliezen kende.

Maar nu is dat anders en verliest men overal jongen.

Ik ging vergelijken met vroeger, wat was toen anders?

En ik kwam uit bij gps, internet, mobiel bellen, luchtvervuiling, straling en dacht dat je het daar moest zoeken.

Ook die mening moest ik herzien.

In het najaar is het immers gedaan met verliezen maar niet met internet, mobiel bellen enzovoorts.

Wat is het dan gvd wel?

Een gesprek met WdB zette me aan het denken.

 

ZOU HET?

Die had op zijn beurt iemand gesproken die meende 'het' te weten.

Vroeger was er namelijk NOG iets anders:

Aanzienlijk meer liefhebbers en dus aanzienlijk meer duiven in de lucht.

Als jongen werden losgelaten mengden die zich al heel gauw tussen de duiven van buren en streekgenoten.

En al heel vroeg en jong leerden die zich uit die klad los te maken om terug op het hok te zijn.

Maar zoals gezegd tijden veranderden; liefhebbers verdwenen.

 

NU

Als je nu je jongen los hebt mengen die zich niet meer (of veel minder) onder andere duiven want 'andere duiven' zijn er niet meer of veel minder.

Samen kiezen jongen van een hok het luchtruim en samen komen ze terug.

Van dagelijkse oefenen en zich uit de klad los maken om weer terug op het hok te raken is geen sprake meer.

Tot ze op een kwade dag wel tussen een massa andere verzeild raken en je de volgende dag vol ongeloof de hopeloze leegte op je hok aanschouwt.

Ik vond die redenering niet eens zo gek want dat gebrek aan ervaring alles met verliezen te maken heeft staat vast.

- Hoe verklaar je anders dat van dezelfde vlucht het concours met oude in een flitsend tempo verloopt en dat met jongen rampzalig is?

- Hoe verklaar je anders dat waar vroege en zomerjongen apart vliegen je enorme verschillen ziet in concoursduur?

Dat sluit dan aan met het gegeven dat ze van verdere afstanden niet meer verloren gaan. Dan hebben ze immers een pak meer ervaring.

 

HAMVRAAG

De vanzelfsprekende vraag is hoe met het probleem om te gaan.

Hele studies zijn er aan gewijd en als die niets opleveren mag men van mij geen verklaring verwachten.

De kopjes zuiver maken met een kuur VOOR het opleren kan iets schelen.

Veel aan huis los laten misschien ook.

Maar verder?

Ik zou het echt niet weten.

Weet U wat ik ook merkte?

Dat het in de soort zit.

Het zijn vaak duiven van dezelfde lijnen die verloren gaan terwijl je van andere niets verliest.

Met kwaliteit heeft dat weinig of niets te maken.

Al meerdere keren hoorde ik: 'dat koppel geeft makkelijk goede als je ze maar kan houden'.

Eigenlijk is het intriest en het doet de sport veel kwaad dat mensen, als ze 40 jongen willen er 80 kweken omdat ze er op voorhand van uit gaan dat er veel verloren gaan.

Want zo ver is het helaas gekomen.  

 

o.s. foto:

Zich uit zo'n massa duiven los maken vereist ondervinding.