Ga direct naar de inhoud.

In deze tijd 7

Als ambitieus liefhebber kan je amper zonder duivenkrant en daarbij heeft zowat iedereen zijn favoriete schrijvers.

De artikelen die ik verafschuw zijn die van enkele Nederlandse dierenartsen die het maar niet laten kunnen bepaalde producten, die zij natuurlijk alleen verkopen, te pushen als zijnde onmisbaar om te presteren.

Een heeft zelfs al iets op de markt gebracht voor duiven die verduisterd worden.

Over koopmansgeest gesproken.

Tot mijn favoriete schrijvers behoort Nederlandse Co Verbree.

Uiteraard omdat ik in veel dingen hetzelfde denk, ook omdat hij niet rond de pot draait maar vooral omdat hij al jaren enorm presteert.

Co heeft het nu over de veranderingen in onze sport de laatste jaren.

 

NIEUWE STIJL

Duivensport nieuwe stijl heet dat en een van de grootste veranderingen vindt hij dat fondspelers het belang van trainen hebben ontdekt.

Trainen doet eten, eten doet weer trainen en de opgewekte energie zal duiven (volgens hem) boven hun beste niveau uit tillen.

Als andere duiven na pakweg 500 kilometer afhaken gaan die enorm getrainde duiven op de automatische piloot en vliegen moeiteloos door.

Verbree:

'Goed getrainde duiven, lees spieren, vragen om te vliegen, om te presteren. Een niet te onderschatten voordeel tegenover de concurrentie.'

 

GELIJK

En als je ziet hoe sommige Nederlandse topspelers (en reken daar Verreckt Arien en Vanlint ook maar onder) op de fond kettinguitslagen maken met hun afgetrainde duiven zou je er in gaan geloven.

En dan is er de Nederlandse kampioen Berth Knaven.

Opgestaan uit het niets en in 2010 onwezenlijk sterk op de NPO vluchten die hem zelfs Nationaal kampioen fond maakten.

Maar het sterkst vind ik dat hij het voornamelijk doet met duiven van mij, vele zelfs zuiver, terwijl ik toch de eigen duiven een beetje ken.

Die kunnen de fond gewoon niet aan.

'Ik heb er fondduiven van gemaakt door ze ongeveer 4 uur per dag te doen trainen' beweert de kersverse nationale kampioen.

Van Koopman, Sangers, Vredeveld is dan weer bekend dat ze er niet voor terugdeinzen hun fondkleppers tot in Frankrijk te gaan lappen.

Ouwerkerk Dekkers heeft het er zelfs voor over om met zijn duiven tot Parijs of verder te rijden.

En tegen hem is het slecht kersen eten op vluchten als Barcelona.

Maar is het dat wel?

Hmm.

 

TEGENOVERGESTELD

Een superman op de fond als Vandenabeele gelooft er helemaal niet in.

'Een half uur per dag volstaat' beweert hij, 'ze moeten hun energie bewaren voor het weekend, de dag dat er gevlogen wordt, als het er om gaat.'

En hoe die presteert is bekend tot aan de Chinese muur. Tegenwoordig zelfs verder.

Wat is wijsheid?

Ik weet het ook niet meer.

 

VERKEERD ADAGIUM

Een adagium in duivensport is dat je onervaren jonge duiven nooit op mag leren bij een kraakheldere hemel en Oosten of Noordenwind.

1 Mei was ik toevallig bij Leo Heremans. Wat die man weer presteert, direct na zijn bijna totale verkoop, is weer fenomenaal en als zo'n man zijn mond open houd je uiteraard je oren open.

En op diens hokken je ogen.

Leo was zijn jongen enkele dagen voordien op gaan leren.

'Was het toen geen sterke tegenwind?' vroeg ik.

Hij haalde de schouders op.

Hij was er slechts 3 klimeter ver mee gereden en had die een voor een gelost.

Een voor een?

Dat had ik meer gehoord, ik herinner me nog van Cor Hanegraaf uit Nuland.

En al die lui die hun jongen individueel lappen kennen geen verliezen meer.

 

BIBBER

Zo'n man als Leo H neem je best serieus en ik nam me voor de volgende dag ook met mijn jongen op stap te gaan en die ook individueel te lossen.

Die dag, 2 mei dus, was het niet helder, het was kraakhelder.

Het waaide niet hard uit het noorden, het leek eerder op storm.

Maar ik had 's morgens, toen het wat stiller was, de jongen al ingeladen en ging er mee op stap. Mijn vrouw keek me hoofdschuddend na.

Drie kilometer echter vond ik wel erg weinig en ik stopte 8 kilometer van huis.

Toen ik de deur van de auto opende sloeg de schrik me om het hart. Die vloog bijna uit mijn handen.

De wind huilde, emmers vlogen over de weilanden, bloesems van de bomen.

Ik huiverde want het was nog koud ook en liet de eerste jonge los.

Meteen uit het zicht verdwenen maar wel met de wind mee, zuidwaarts dus.

Stoppen?

Even twijfelde ik, maar ging door. Toen de laatste richting zuid was verdwenen stapte ik in de auto, een beetje met de bibber op het lijf.

Ik had al eerder verhalen gehoord van liefhebbers die zichzelf hadden uitgeschakeld voor het jonge duivenspel begon door EEN onnozele leervlucht.

Was wat ik deed niet vragen om?

 

HEHE

Ik reed sneller dan gezond voor me was en toen ik bijna thuis was viel een pak van mijn hart. Ik zag een reeks duiven boven het hok cirkelen.

Er bleek er niet een verloren te zijn gegaan.

Praat me dus niet meer over niet opleren met helder weer en tegenwind.

Als duiven maar gezond zijn.

 

WEER EEN

Koen Carmeliet, de Nationale Kampioen jonge duiven halve fond, is de volgende in een lange rij die zich min of meer gepakt voelt door uitbaters van gaten in de markt.

In het verleden trapte hij ook in advertenties waarin agressief allerlei bijproducten werden aangeprezen die de gezondheid van duiven ten goede zou komen.

Evenals de West Europese kampioen Jos Joosen, Roodhooft, Verbruggen, de Bruyn en zo vele anderen is hij er helemaal van bekomen.

Hij gooide al die troep met een grote boog het raam uit en gelooft nu alleen nog in gezond voer, grit, vitamineral en appelazijn.

Want naarmate hij minder van die rommel gaf ging hij beter presteren.

Hij is ook een van de velen die zijn kwekers al jaren niet meer tegen geel kuurt.

En enkele Nederlandse dierenartsen maar beweren nog intensiever, nog vaker en nog 'sterker' te kuren tegen geel vanwege resistentie.

Verder is Carmeliet ook de zoveelste kampioen die enorm presteert op hokken met golfplaten.

Dat ik die, tegen alle theorie'n in, de beste hokken vind wist u al.

Overigens is eerder genoemde Verbree wel enthousiast over karnemelk (twee delen water, een deel karnemelk) en verbaast er zich steeds weer over hoe duiven hierop reageren, vooral als ze ruien.

 TOT SLOT

Over die onmetelijke serie bijproducten, de schappen waarop ze staan worden zelfs lachwekkend lang, nog het volgende. In de speciaalzaak zie je niet de kampioenen die troep kopen, wel degenen die dat willen worden.