Ga direct naar de inhoud.

2010

De zomer van 2010 zit er op en dat geldt ook voor het duivenseizoen.

Beide waren erg wisselvallig.

Telkens ander weer en liefhebbers die de ene vlucht schitterden faalden op andere.

Constant domineren deden er weinigen.

Ook in Nederland was van die dominantie van eendaagse fondspelers zoals we die in het verleden kenden amper sprake.

Ook met jonge duiven waren de resultaten bijna overal erg wisselend.

 

TYPEREND

Dienaangaande is hetgeen ene J Meurysse uit Vlaanderen overkwam typerend.

Bij fraai duivenweer maakte hij de slechtste uitslag uit zijn 'carri're'.

De zaterdag nadien van Gueret bij al even fraai weer een van zijn beste.

En dat met dezelfde duiven!

Wel kan je zeggen dat het toch vaak weer dezelfde hokken waren als in het verleden die de aandacht trokken.

Maar dat betreft bijna zonder uitzondering liefhebbers die met veel duiven spelen. Als pakweg hun 20 eerstgetekende misten waren er wel andere present. Maar dat valt alleen mensen op die goed uitslagen kunnen lezen en dat zijn er niet zo veel.

 

NEDERLANDERS

Over die dominantie van tophokken in Nederland in voorgaande jaren werd door sommigen nogal smalend gedaan.

'Dat kan in Belgie niet' klonk het in koor.

Ik denk dat de toekomst anders uit zal wijzen maar dat terzijde.

Wat men bedoelde is dat die Hollandse fondvedetten geen concurrentie hadden.

En laat nu toevallig een van de weinigen die zich veelvuldig in de kijker vloog een Nederlander zijn met voornamelijk Nederlandse duiven.

Ik doel op R Hermans die met zijn duiven van Verkerk maar vooral Bosua de ene kopprijs na de andere won tot en met de laatste harde Gueret.

Van die vlucht presteerde Verbeeck in Poppel trouwens het onmogelijke om op de grootste afstand in Belgie met tegenwind de 1e Provinciaal te winnen en de 5e Nationaal. Hij kweekte die stuntduif uit een duivin van de Nederlandse kampioen Henri van Doorn die die weer kweekte uit een duif van mij.

En dan te weten dat ik op de fond niets te betekenen heb.

Met Bosua duiven wist ene Sittner (soms) te stunten en stunten deed ook (soms!) Jespers van der Wegen.

Met name de Nationale Bourges met 2, 4 en 5 tegen meer dan 30.000 duiven riep herinneringen op uit het verleden.

Hij deed het weer met halve Nederlanders (van mij) evenals eerder genoemde Meurysse.

Ook Vanlint zegevierde al enkele keren Nationaal met duiven met een Nederlandse ring van zijn vriend W de Bruyn.

 

MISPLAATST

Wat ik wil zeggen lezen sommigen misschien niet graag maar de tijd dat de Belgische duiven superieur waren aan die uit het buitenland is voorbij.

Zie ook de internationale eenhokwestrijden.

De Belgische duiven doen heel goed mee maar maken er niet de dienst uit.

Vooral de Duitsers en zelfs Oostenrijkers en Italianen leveren opvallende prestaties. Tegenwoordig zitten overal (weinig) goede en (veel) slechte.

Ook in Belgie.

Feit is wel dat de Nederlandse duiven meer uit de verf komen naarmate de afstanden groter worden.

Mogelijk omdat men er massaal kleine fond speelt.

Daar kan men zelfs provinciaal selecteren met duiven die 1 op 100 vlogen.

In Belgie is op sommige provinciale vluchten amper sprake van een deelname van 750 duiven, in Nederland kan dat 10 keer meer zijn.

In Belgie worden 1e prijswinnaars tegen 40 duiven soms op het kweekhok gezet, in Nederland is een 100e prijswinnaar tegen 4.000 duiven maar een prijswinnaar.

Toch presteerden die in feite hetzelfde.

Hiermee wil ik niet zeggen dat Nederlandse duiven op de kleine fond beter zijn (zo doen duiven van met name Vandenabeele en Leo Heremans het in Nederland uitstekend) wel lijken ze me niet minder.

Merkwaardig genoeg hoor of lees je zelden of nooit over Nederlanders die presteren met duiven van fenomenen als Limbourg of Thone.

Of wist men de weg naar die klasbakken niet te vinden als ze versterking zochten?

 

VERLIEZEN

Ook dit jaar gingen jongen weer massaal verloren, ook bij mooi weer, maar merkwaardig genoeg verschilt dat enorm van de streek tot streek.

Zelf verloor ik EEN jonge duif en ook de clubgenoten kenden amper verliezen.

In Turnhout daarentegen, amper 12 kilometer zuidwaarts, waren de verliezen dramatisch. Ook in midden en noord Nederland raakten velen zowat de helft van hun jongen kwijt.

Sangers meent te weten waarom.

'Omdat jongen kladvliegers zijn die met de rest mee vliegen' beweert hij.

Met alle respect, maar ik denk daar anders over.

Nergens is de massa zo groot als in Zuid Holland.

Dus ook de kladden om mee aan te haken maar men verloor er (zoals in mijn regio) amper duiven.

Trouwens verliezen door kladvliegen?

Vroeger vlogen er oneindig meer duiven dan nu en kende men die verliezen niet.

Wist U trouwens dat wetenschappers zich er over verbazen dat tegenwoordig ook zo veel walvissen zich niet weten te ori'nteren en massaal verloren gaan door letterlijk te stranden op plaatsen waar ze niet thuis horen?  

Een ervan legde al verband met verliezen met jonge duiven.

 

ORLEANS

Uitgerekend op een van de warmste dagen van het jaar vloog men in Antwerpen Orleans jonge duiven.

Toen gingen ook veel duiven verloren maar daar was een verklaring voor.

De hitte, de afstand en de tegenwind.

Die dag adviseerde de NPO niet met jongen te spelen. De meeste volgden dat advies behalve Zuid Holland.

Daar kende men een bijna perfecte vlucht, maar'

Die was wel van kortere afstand met een nacht mand.

Merkwaardig is ook dat veel duiven die op die keiharde Orleans vroeg vlogen nadien nimmer uit de verf kwamen.

Ik vrees gekraakt en mogelijk wel voor altijd.

Naar mijn idee had die Orleans nooit gevlogen mogen worden.

Roger Geyssen (Sint Job) verklaarde dat hij dringend verzocht had die vlucht in te korten en een dag later in te korven zoals de Zuid Hollanders deden.

Er werd niet geluisterd, een grote fout zo zou blijken.

Die Orleans in juni kwam te vroeg, was te ver, te warm en met die tegenwind dus te zwaar.

De kampioenen die pasten bleken gelijk te hebben.

Veel van de duiven die thuis geraakten, dat was weinig meer dan tweederde, zaten er helemaal doorheen. Sommigen mogelijk voor altijd.

Met jongen eens een week passen voor een 400 kilometer vlucht met 'zwaar weer' lijkt eerder goed dan slecht als voorbereiding voor de 'Nationals' en ook voor hun verdere loopbaan.